Vermoedelijk einde Dommelsch bij fusie biergiganten

Als de bierreuzen Ab InBev en SAB Miller daadwerkelijk fuseren, dan zal het Nederlandse biermerk Dommelsch verdwijnen, aldus Henk Hovens tegen RTL Z.

Biermerken schrappen 

Als AB Inbev en SAB Miller hun krachten bundelen, zal dat zeker gevolgen hebben voor hun Nederlandse biermerken. In de regel bekijken brouwers na grote overnames opnieuw hun merkenportfolio per land, en schrappen de minst kansrijke merken. Daarmee kunnen zij kosten besparen en hun marketingmiljoenen inzetten op de meest kansrijke merken.

Einde voor Dommelsch

Volgens bierkenner Henk Hovens zal een fusie het einde betekenen van Dommelsch. “De afgelopen jaren wordt vooral geïnvesteerd in het merk Jupiler, ten koste van Dommelsch. Hertog Jan heeft een rol als premium pils, voor de bovenkant van de markt. Als Grolsch straks ook in de portefeuille van AB Inbev komt, zal Dommelsch zeker helemaal verdwijnen.”

De bierexpert benadrukt dat de neergang voor Dommelsch al is ingezet. "Het zal door de PR van AB Inbev worden ontkend. Officieel wordt Dommelsch nog gepresenteerd als een krachtig regionaal merk. Maar de brouwer zet vooral in op Jupiler. Zo worden lokale voetbalverenigingen hier bijvoorbeeld beter gesponsord als ze dat merk verkiezen boven Dommelsch." 

Eeuwenoud biermerk

Hovens zou de teloorgang van Dommelsch betreuren. "Het is jammer, want zo verdwijnt een brouwer met een eeuwenoude geschiedenis. Het merk had in de jaren zestig nog een veel grotere potentie dan bijvoorbeeld Bavaria." Brouwer Bavaria is nog steeds in handen van de familie Swinkels, en houdt zich tegenover de grote brouwers goed staande.

In het verleden liet AB Inbev al Oranjeboom van de Nederlandse markt verdwijnen. Oranjeboom was ooit een sterk merk, maar werd verwaarloosd en uiteindelijk verkocht.

AB Inbev wil niet ingaan op de gevolgen van de mogelijke overname van SABMiller voor de merken in Nederland. "Het is nog veel te vroeg om hierover te speculeren. Maar Dommelsch is een erg belangrijk regionaal merk voor ons", aldus woordvoerster Kathleen van Boxelaer.