Naast ondergisting en bovengisting bestaat er ook spontane gisting. Het gistingsproces gebeurt, zoals de naam al zegt, op een spontane manier. Doordat men de wort een tijd aan de open lucht blootstelt, komen er natuurlijke gistsoorten in. Er zweven in de lucht 86 verschillende natuurlijke gistsoorten.
Anders dan bij boven- en ondergisting is er nauwelijks controle over welke gisten in het bier aan het werk gaan. Ook zijn de gisten minder efficiënt waardoor veel suikers en andere smaakcomponenten in het bier achterblijven. En doordat dit bier in open vaten gist kan het koolzuur ontsnappen en is het bier "plat".
Oorspronkelijk waren alle bieren van spontane gisting. Het werd al zo'n 5000 jaar geleden in Mesopotamië toegepast en kwam tot na de middeleeuwen nog op grote schaal voor. In de loop der eeuwen zijn de meeste brouwers op kunstmatige gisting overgestapt.
Tegenwoordig wordt er bijna geen gebruik meer gemaakt van spontane gisting, aangezien de meeste brouwers het brouwproces juist zoveel mogelijk willen beheersen. Eén van de bekende uitzonderingen hierop zijn de Belgische lambiek en geuze bieren die juist met wilde gist uit de Zennevallei worden gebrouwen. Daarnaast zijn ook steeds meer verschillende craftbrouwerijen bezig met het brouwen met wilde gisten, aangezien de wilde gisten vaak een extra diepgang aan het bier geven.